Johan de Haan
Augustus 2017
Op 13 mei in het jaar 1998 deed ik mijn intrede bij het kapiteinskoor.
Tijdens de wekelijkse voetbalwedstrijden van onze zoontjes dronken wij in de kantine altijd een kopje koffie en daarbij kwam de weledele (toen al zeer geachte heer) Otto met het voorstel: “zeg waarom kom jij ook niet bij het Kapiteinskoor?”. “het Kapiteinskoor” zei ik verbaasd. Wat en hoe kom jij daar nu bij?
Het bleek dat zijn buren Bertus Beck en Piet de Vries hem mee hadden genomen en het was heel leuk, “dus kom ook eens mee het is echt wat voor jou”. Zo gezegd zo gedaan. De eerste de beste woensdag, (de oefenavond die nog steeds stand houdt), ging ik mee. Wist niet wat ik zag. Ca. 80 man aanwezig en ik mocht een plaatsje uitzoeken tussen de zeebonken, en mee zingen met de zeemansliederen die ik veelal al kende. Want bij ons thuis waren dat bekende deuntjes zoals “aan het strand stil en verlaten” en “Ketelbinkie”, enz. De “Kapiteinshut” was toen nog een stuk kleiner. Het huidige podium was toen een snackbar of zoiets, dus je kan wel nagaan, als we vol gas gaven dan donderde en bliksemde het letterlijk in het café. Joshua Prins verzorgde toen de muzikale omlijsting. Dat deed hij met veel inzet en plezier en liet het koor op een zeer aanvaardbaar niveau zingen.
In de pauze een lekker biertje en ik liet me inschrijven als “bijna honderdste lid”, en werd me de maat genomen voor het verplichte tenue. Ik was verplicht om 2 maal met de pont heen en weer te varen, dat ik toen zware shag rookte hielp ook mee natuurlijk. Het werd een heerlijke avond en ben de heer Otto nog steeds dankbaar dat hij me toen overgehaald heeft. De volgende week ging ik weer mee en er was commotie want er was n.l. bepaald dat het honderdste lid werd ingeschreven en die moest trakteren op: jawel, een vat bier. Het werd Bertus, de kroegbaas van een café “de Engel” op de Zuiddijk (wat een gelukkig toeval hè). Zo begon mijn, wat later bleek jarenlange lidmaatschap van “het Kapiteinskoor” uit Zaandam.
Het eerste feest was uiteraard de viering van het 100e lid Bertus Jansen die tot verhoging van de feestvreugde een vat bier schonk; hoeraaaa. De avond was nog lang en gezellig met zang en een biertje. Het eerste optreden was “de Kapiteinsvaart”. Het bestuur had er alles aan gedaan en had het schip De Prins van Oranje afgehuurd en voer met kapiteinsvrouwen en supporters, (480 “liefhebbers” transgender vriendelijk), vanaf de burcht via de Oranjesluizen het IJsselmeer op. Wat een feest met zang, veeeel bier en zelfs buikdanseressen!!
De lunch werd geserveerd op een tafel die in de kajuit uit de vloer omhoog kwam en werd aangevallen door hongerige Kapiteins en fan’s zodat degene die wat later kwam de “hond” op de tafel vond.
Heel veel mooie en onvergetelijke optredens meegemaakt, in binnen- en buitenland. Zoals “Sail Amsterdam”, meegevaren op een windjammer; uren van te voren aanwezig (5 uur), of die keer dat we samen met het Nederlands hockeyteam een rondleiding op de “Italiaanse windjammer” kregen, beiden in tenue, zo mooi. De dames in de korte rokjes en de sticks in de hand, heeeeel speciaal.
Het optreden in Rotterdam voor Gerrit Kroes met 60 man sterk waar we voor diverse hooggeplaatste gasten moesten optreden en zingend op een prachtige trap, Joke Bruijs en Caroline Tensen toezongen ” O wat is ze mooi” de dames glunderden van oor tot oor.
Of die keer in het Jopie Brinkman hotel aan de Kerkstraat in Amsterdam. Bolle Jan, de vader van René Froger werd 50 en was 25 jaar getrouwd. Aangekomen bij het hotel werden we opgevangen door de ceremoniemeester. “Jongens”, jullie zijn te vroeg, ga nog even naar beneden. De kelder was voorzien van geweldige bar en neem daar maar een biertje. Dat was niet tegen dovenmans oren gezegd. Samen met het daar al aanwezige dweil-orkest werd daar een geweldig feestje gebouwd, zo mooi. Toen we naar boven werden geroepen om op te treden hoef ik jullie niet te vertellen hoe de stemming van het koor was.
Het optreden ging geweldig, de stemming zat er snel in en de ober die rond ging met het bier kwam veelal niet verder dan het koor, waardoor we zingend met een glas bier in de hand een gedenkwaardig optreden verzorgde. Dat enkele kapiteins ook het prachtig gedekte buffet plunderde was eigenlijk een minpuntje.
Of de reis naar de Weissensee in Oostenrijk voor de alternatieve Elfstedentocht, alwaar we gelegerd in een prachtig Oostenrijks hotel werden onder gebracht. In een prachtig sneeuwlandschap, het had de hele dag gesneeuwd. Piet de Vries, Bertus Beck en ik zei de gek maakten de reis met de spiksplinternieuwe Peugeot. Een prachtige wagen die ingereden moest worden zodat we voor de bus met kapiteins in het Hotel aankwamen.
Jan Fruijtier, Jan Dekker en ik hadden de schaatsen mee genomen en de volgende morgen togen wij naar het meer en bonden vol goede moed de schaatsen onder. Jan Fruijtier had het na een paar meter al gezien en gooide zijn schaatsen in de vuilnisbak en verklaarde “nooit meer.” Ik heb 1 rondje geschaatst, het ijs was vol met scheuren zodat ik diverse keren op mijn muil ging en dat is vermoeiend hoor, maar daarnaast was het ook steenkoud. Alleen Jan Dekker hield het toch nog een lange tijd vol! Hoeveel rondjes hij schaatste weet ik niet meer maar hij was zeker onze Schaatskampioen, helaas zijn ze beiden overleden.
Het optreden werd een succes; tafels met vermoeide schaatsers zongen en hosten en dronken grote kroezen bier. Een klein opstootje van Willem Ike met een bespeler van een grote toeter werd in de kiem gesmoord.
Ook de befaamde Sinterklaas tochten door Amsterdam zijn verhalen op zich. Een Sinterklaas, (Wim Ike), die drinkend en via een sigarettenpijpje (voor het brandgevaar van de baard) een sticky rokend over de grachten zwalkte, en met de zwarte Pieten de stad onveilig maakten. We gingen van kroegie naar kroegie met achter ons aan een aantal oudjes die aangelokt door de gratis borreltjes ons overal volgde. Bij café De Ster op de Martelaarsgracht kwam een eind aan de toer met als klap op de vuurpijl de Sint die de tram tegen hield onder de lachend toekijkende politie agenten; dat kan alleen toch maar in AMSTERDAM.
Of die keer dat we in een tent in Haarlem moesten optreden met de beroemde meidengroep “LUV” als achtergrondkoor bij het beroemde lied Radio, wat niet helemaal uit de verf kwam. De catering was in ieder geval geweldig; een hele aparte tent met alleen maar eten: salades, wafels, enz. Bovendien een zelfbediening-bierpomp: een echt Walhalla voor de Kapiteins. Onze secretaris, de heer Kouwenhoven, had ons op het hart gedrukt: heren de bus gaat onverbiddelijk weg hoor. Maar ja, dat geldt dan natuurlijk voor iedereen, dus zelfs voor Ron, die helaas iets te laat kwam en nog rennend met zijn armen zwaaiend achter de bus aanging. Maar ja, regels zijn regels.
De optredens voor de Amerikanen, afwisselend in Rotterdam en in de Amsterdamse haven, op een prachtig ingericht Riviercruise-schip waar onze spreekstalmeester Willem Ike met een ongeëvenaard steenkolen Engels onze liederen aankondigde; een cabaret-act pur sang. Na afloop een biertje en complimenten en dan de bus in op naar huis.
Het zijn er eigenlijk teveel om op te noemen. Veel is er veranderd, muzikaal maar ook de personele bezetting van het koor door het overlijden van vele prominente leden zoals Ton Tichelaar met z’n prachtige diepe stem of Willem van de Bles, onze voorzitter Jan Spits en de oude zemelaar Jaap Vreeken, en vele andere die ik niet allemaal zal noemen omdat ik bang ben om iemand te vergeten want in een koor is ieder lid op zijn eigen manier belangrijk.
De tijden zijn veranderd, de optredens, de zangers worden allemaal een dagje ouder, onze secretaris Ron Kouwenhoven die door zijn contacten voor heel veel unieke en hele speciale optredens regelde, zoals Friesland er een van de vele was, (Provinciale Staten), dat ook weer een compleet verhaal op zich zelf “Bereburg” is.
Ik zou nog wel een tijdje door kunnen gaan, maar het verleden is leuk maar het heden ook. We zijn ondertussen alweer 20 jaar verder na de prachtige viering van onze jubileums van 10, en onlangs 20 jarig bestaan, spreek ik hierbij de wens uit dat het nog wel 20 jaar mag duren. Ook nu ga ik nog steeds met veel plezier naar de koorrepetities toe en geniet met volle teugen van onze optredens die door Carel op zijn geheel eigen wijze gedirigeerd worden. We worden door de “topmuzikanten” Daan en Jan begeleid; ook zijn er weer vele CD’s verschenen en nieuwe leden bij gekomen dus het vertrouwen in de toekomst is hiermee toegenomen. Na vele verzoeken van Andre heb ik dan toch mijn stukje over het kapiteinskoor afgeleverd. Het is toch iets langer geworden dan ik eigenlijk in gedachten had maar al schrijvende schiet je van alles te binnen zodat ik er toch een einde aan moet breien maar beloof jullie, over 20 jaar weer een stukje van Johan
Johan de Haan